BMW 2 Reeks Coupé: de zwanenzang?

BMW_2_1.jpg

De BMW 2 Reeks is volledig vernieuwd, met andere looks en een nieuw chassis. Hij behoudt wel de motor voorin en achterwielaandrijving, de combinatie waar puristen van houden. Zelfs de beroemde zes-in-lijn is nog steeds van de partij. Wil BMW in schoonheid eindigen?

De autowereld staat aan de vooravond van een van de grootste omwentelingen uit zijn geschiedenis: die van de overstap naar elektrisch. BMW is een van de pioniers in die sector, en met de recente iX3, iX en i4 is het duidelijk dat München het daar niet bij wil laten.

Maar wat blijft er dan over van het beroemde Freude am Fahren, de slogan die de Beierse sportiviteit belichaamt? Het lijkt wel alsof BMW die bij zijn recente voorwielaangedreven modellen, plug-inhybrides en elektrische modellen wat vergeten is. Gelukkig komt de nieuwe 2 Reeks Coupé de klassieke autoliefhebbers entertainen met achterwielaandrijving en een romige zescilinder. Nochtans zou dat wel eens de laatste keer kunnen zijn.

Voor de liefhebbers

Toen de 1 Reeks overstapte naar een Mini-platform en voorwielaandrijving en de 2 Reeks Gran Coupé in zijn kielzog volgde, werden de liefhebbers van een goeie ‘rijders-BMW’ wat onrustig. Recent konden we vaststellen dat dit niet altijd gegrond is, dankzij de 128ti. Maar de kleine klassieke BMW-coupé maakt er een erezaak van om nog niet over te stappen op voorwielaandrijving.

Je mag dus opgelucht ademhalen, want München heeft geluisterd. Deze nieuwe 2 Reeks Coupé behoudt zijn originele recept door de basis van de 3 Reeks en 4 Reeks te gebruiken. Het chassis is trouwens niet het enige punt waarop dit nieuwe model tegen de stroom in roeit. Neem nu het design. Dat ziet er modern, sportief en netjes uit, maar je ziet de eyecatchers van de andere recente producten uit Beieren ontbreken. Denk maar aan die gigantische radiatorroosters. Als eerbetoon aan de 2002 zijn de lijnen robuuster, minder rond, en is de visuele signatuur uniek.

Twee voor vier

Doordat de basis met de 3 Reeks en 4 Reeks wordt gedeeld, is deze nieuwe kleine coupé gegroeid. Hij werd 105 millimeter langer, 64 millimeter breder en kreeg een 51 millimeter langere wielbasis. Met een totale lengte van 4,54 meter is hij dus niet meer echt ‘klein’ te noemen. Maar goed, dat komt de interieurruimte ten goede, waar vier passagiers nu iets meer comfort krijgen.

Binnenin heeft het team dat aan deze 2 Reeks heeft gewerkt duidelijk de onderdelenrekken van de 3 Reeks en 4 Reeks geplunderd. Je ziet dus een gelijkaardig dashboard, met hetzelfde touchscreen van 12,3 duim voor het infotainment en een display van 10,25 duim voor het instrumentenpaneel (standaard zijn ze respectievelijk 8,8 en 5,1 duim groot). Alleen de inzetstukken van de deuren hebben een ander design, met ruitjes in 3D-effect en optioneel verlichte M-kleuren.

Old-school

Omdat het volgens BMW om een sportieve coupé voor de liefhebbers gaat, blijven de motoren al bij al klassiek. Wel krijgen ze allemaal milde hybride ondersteuning. Dat betekent niet dat dit ten koste gaat van het plezier: München bewaart immers nog steeds een plek voor zijn geweldige 3.0 zes-in-lijn onder de motorkap van de M240i. Die is 374 pk en 500 Nm sterk, en stuwt de coupé naar 100 km/u in 4,3 seconden met behulp van vierwielaandrijving.

Als het wat rationeler mag zijn, dan is er een 2.0 viercilinder turbo. Aan benzinekant met 184 pk en 300 Nm (220i), en aan dieselkant met 190 pk en 400 Nm (220d). Maar net als bij de 4 Reeks ga je hier nergens een manuele versnellingsbak terugvinden. Die zou wel zijn opwachting maken op de volgende M2. Hoop doet leven...

Dat is ‘m!

Onze test was kort, maar niet minder intens: we gingen de Beierse wegen te lijf met de M240i xDrive. Vanaf het starten zet de zescilinder al de toon, maar als je hem soepel rijdt primeert het comfort even hard als in een 4 Reeks. Zodra het asfalt wat bochtiger wordt en je de juiste rijmodus hebt geselecteerd, wordt het beest wakker.

Dit is zeker niet het soort achterwielaandrijving waarmee je in de clinch moet gaan om een bocht uit te geraken. Toch slaagt de vierwielaandrijving erin om een mooi compromis te bieden tussen een speelse achterkant en de zekerheid van vier aangedreven wielen. Het stuur mocht wel wat communicatiever en de 1.600 kilo’s laten zich af en toe voelen, maar deze M240i ontbreekt het zeker niet aan grinta of persoonlijkheid.

Prijzen

De eindfactuur voor dat rijplezier is jammer genoeg niet bescheiden. De krachtige M240i met zescilinder staat met 57.250 euro bovenaan het gamma, terwijl de 220i en 220d in verhouding veel betaalbaarder zijn. Zij kosten respectievelijk 40.050 euro en 41.500 euro. Dat is zeker niet goedkoop, maar de kleine coupé - die uiteraard niet meer zo klein is – is wel bijna 13.000 euro minder duur dan de grotere 4 Reeks.

Conclusie

De nieuwe BMW 2 Reeks predikt geen revolutie, en dat is maar goed ook. In de overstap naar elektrificatie geeft BMW de fundamenten waar het zijn reputatie op gebouwd heeft een geweldig eresaluut: met een ‘kleine’ achterwielaangedreven coupé gebouwd voor rijplezier, en met eventueel een krachtige zescilinder. Probeer maar eens beter te doen.

Bron www.autoscout24.be

BMW_2_1.jpgBMW_2_2.jpgBMW_2_3.jpgBMW_2_4.jpg